Binnen het Meertens
Instituut in Amsterdam en het
Centre for Language Studies
(CLS) van de Radboud Universiteit Nijmegen is het mogelijk een
onderzoeksstage te doen op het terrein van het Nederlands van Turkse en
Marokkaanse jongeren.
Begeleiding
De begeleiding ligt formeel bij een vertegenwoordiger van de betrokken
instelling en een van de projectleiders van het Roots-project, hetzij
Frans Hinskens (Meertens Instituut Amsterdam), hetzij
Pieter Muysken (Radboud
Universiteit Nijmegen). In veel gevallen zal ook een van de promovendi op het project
bij de stage betrokken zijn: Linda van Meel (Radboud - fonologische aspecten) of
Ariën van Wijngaarden (Meertens Instituut - grammaticale of onderwijskundige
aspecten).
De begeleiding behelst in elk geval:
een intakegesprek
een gesprek over de literatuurrapportage en gekozen thema
voortgangsgesprekken over de werkzaamheden
een eindrapportage binnen het Roots-onderzoeksteam en feedback daarop
commentaar op de eerste versie van het stageverslag
Taken
Het precieze takenpakket van een stagiaire hangt natuurlijk af van de omvang
in ECTS van de stage en afspraken en verwachtingen van de betrokken
onderwijsinstelling. Een typisch pakket van een gemiddelde stage kan omvatten:
Het maken van protocollen (zo nodig)
Het maken van transcripten van ca. 15 minuten
Literatuurstudie over etnolecten en over een bepaald deelthema
Rapportage over die literatuurstudie
eventueel hulp bij een analyse of bij elicitatie
eigen analyse binnen een klein deelcorpus van het project
mondelinge rapportage in het Roots-team
In het geval van een aansluitende scriptie:
eigen analyse
Tot de te kiezen deelthema's (in overleg met projectleden en begeleider vanuit de instelling) behoren o.a.:
Fonologisch:
uitspraak van dat, wat en niet
intonatiepatronen (F0)
de uitspraak van de postvocalische /r/
variatie in de uitspraak van de (g) (soms zelfs uvulair)
verstemlozing van de /v/
de uitspraak van de /E/ (mate van geslotenheid; deze klinker varieert het sterkst in de regionale accenten)
variatie in de uitspraak van de andere klinkers
aspiratie van plosieven
'-tje', ook over woordgrenzen, uitgesproken als '-tsje'
Pragmatisch:
gebruik interjecties, stopwoorden, discourse markeerders, intensifiers, vaste uitdrukkingen
beurtwisselingspatronen
hoe wordt een bepaalde thema vastgehouden in de loop van het gesprek (topic continuity en reference tracking)?
Grammaticaal:
Gebruik voornaamwoorden
Gebruik hulpwerkwoorden zoals hebben, zijn, worden
Gebruik hulpwerkwoorden zoals gaan en doen
Realisatie van argumenten zoals meewerkend voorwerp
Gebruik van elkaar en zich
Zinnen zonder expliciet onderwerp?
Complexiteit en diversiteit van syntactische patronen, op basis van geparste tekst.
Uiteraard kunnen studenten ook zelf een deelonderwerp voorstellen. Sommige dingen worden of zijn al uitgezocht binnen het corpus.
Meer informatie en aanmelding:
Voor inlichtingen en aanmelding kun je contact opnemen met
Frans Hinskens (Meertens
Instituut Amsterdam) of Pieter Muysken (Radboud Universiteit Nijmegen).
Incorrecte links? Geef ze alstublieft door aan Linda. |